De of het claxonneren?
Het claxonneren
Is het de of het claxonneren
In de Nederlandse taal gebruiken wij het claxonneren.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: honk
Deutsch: hupen | Bekijk of het der of die hupen is.
Français: klaxonner | Bekijk of het Le o La klaxonner is.
Jou of jouw: jouw claxonneren
Buigings-e:
Mooi of mooie claxonneren
Groot of grote claxonneren
Half of halve claxonneren
Grappig of grappige claxonneren
Leeg of lege claxonneren
leuk of leuke claxonneren
Vet of vette claxonneren
Snel of snelle claxonneren
Wit of witte claxonneren
Klein of kleine claxonneren
Rood of rode claxonneren
Dik of dikke claxonneren
Oud of oude claxonneren
Goed of goede claxonneren
Wat rijmt er op claxonneren
Elk of elke: Elk claxonneren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat claxonneren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons claxonneren
Wat rijmt er op claxonneren
Buigings-e:
Mooi of mooie claxonneren
Groot of grote claxonneren
Half of halve claxonneren
Grappig of grappige claxonneren
Leeg of lege claxonneren
leuk of leuke claxonneren
Vet of vette claxonneren
Snel of snelle claxonneren
Wit of witte claxonneren
Klein of kleine claxonneren
Rood of rode claxonneren
Dik of dikke claxonneren
Oud of oude claxonneren
Goed of goede claxonneren
Wat rijmt er op claxonneren
Elk of elke: Elk claxonneren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat claxonneren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons claxonneren
Wat rijmt er op claxonneren
Oefening van de dag