De of het docentenhandleiding?
De docentenhandleiding
Is het de of het docentenhandleiding
In de Nederlandse taal gebruiken wij de docentenhandleiding.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: Teacher's Guide
Deutsch: Lehrerhandbuch | Bekijk of het der of die Lehrerhandbuch is.
Français: Guide de l'enseignant | Bekijk of het Le o La Guide de l'enseignant is.
Jou of jouw: jouw docentenhandleiding
Buigings-e:
Mooi of mooie docentenhandleiding
Groot of grote docentenhandleiding
Half of halve docentenhandleiding
Grappig of grappige docentenhandleiding
Leeg of lege docentenhandleiding
leuk of leuke docentenhandleiding
Vet of vette docentenhandleiding
Snel of snelle docentenhandleiding
Wit of witte docentenhandleiding
Klein of kleine docentenhandleiding
Rood of rode docentenhandleiding
Dik of dikke docentenhandleiding
Oud of oude docentenhandleiding
Goed of goede docentenhandleiding
Wat rijmt er op docentenhandleiding
Elk of elke: Elke docentenhandleiding
Aanwijzend voornaamwoord: Die docentenhandleiding
Bezittelijk voornaamwoord: Onze docentenhandleiding
Wat rijmt er op docentenhandleiding
Buigings-e:
Mooi of mooie docentenhandleiding
Groot of grote docentenhandleiding
Half of halve docentenhandleiding
Grappig of grappige docentenhandleiding
Leeg of lege docentenhandleiding
leuk of leuke docentenhandleiding
Vet of vette docentenhandleiding
Snel of snelle docentenhandleiding
Wit of witte docentenhandleiding
Klein of kleine docentenhandleiding
Rood of rode docentenhandleiding
Dik of dikke docentenhandleiding
Oud of oude docentenhandleiding
Goed of goede docentenhandleiding
Wat rijmt er op docentenhandleiding
Elk of elke: Elke docentenhandleiding
Aanwijzend voornaamwoord: Die docentenhandleiding
Bezittelijk voornaamwoord: Onze docentenhandleiding
Wat rijmt er op docentenhandleiding
Oefening van de dag