De of het geuzenbende?
De geuzenbende
Is het de of het geuzenbende
In de Nederlandse taal gebruiken wij de geuzenbende.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: geuze gang
Deutsch: Geuze Bande | Bekijk of het der of die Geuze Bande is.
Français: Geuze gangs | Bekijk of het Le o La Geuze gangs is.
Jou of jouw: jouw geuzenbende
Buigings-e:
Mooi of mooie geuzenbende
Groot of grote geuzenbende
Half of halve geuzenbende
Grappig of grappige geuzenbende
Leeg of lege geuzenbende
leuk of leuke geuzenbende
Vet of vette geuzenbende
Snel of snelle geuzenbende
Wit of witte geuzenbende
Klein of kleine geuzenbende
Rood of rode geuzenbende
Dik of dikke geuzenbende
Oud of oude geuzenbende
Goed of goede geuzenbende
Wat rijmt er op geuzenbende
Elk of elke: Elke geuzenbende
Aanwijzend voornaamwoord: Die geuzenbende
Bezittelijk voornaamwoord: Onze geuzenbende
Wat rijmt er op geuzenbende
Buigings-e:
Mooi of mooie geuzenbende
Groot of grote geuzenbende
Half of halve geuzenbende
Grappig of grappige geuzenbende
Leeg of lege geuzenbende
leuk of leuke geuzenbende
Vet of vette geuzenbende
Snel of snelle geuzenbende
Wit of witte geuzenbende
Klein of kleine geuzenbende
Rood of rode geuzenbende
Dik of dikke geuzenbende
Oud of oude geuzenbende
Goed of goede geuzenbende
Wat rijmt er op geuzenbende
Elk of elke: Elke geuzenbende
Aanwijzend voornaamwoord: Die geuzenbende
Bezittelijk voornaamwoord: Onze geuzenbende
Wat rijmt er op geuzenbende
Oefening van de dag