De of het heenronde?
De heenronde
Is het de of het heenronde
In de Nederlandse taal gebruiken wij de heenronde.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: first round
Deutsch: erste Runde | Bekijk of het der of die erste Runde is.
Français: premier tour | Bekijk of het Le o La premier tour is.
Jou of jouw: jouw heenronde
Buigings-e:
Mooi of mooie heenronde
Groot of grote heenronde
Half of halve heenronde
Grappig of grappige heenronde
Leeg of lege heenronde
leuk of leuke heenronde
Vet of vette heenronde
Snel of snelle heenronde
Wit of witte heenronde
Klein of kleine heenronde
Rood of rode heenronde
Dik of dikke heenronde
Oud of oude heenronde
Goed of goede heenronde
Wat rijmt er op heenronde
Elk of elke: Elke heenronde
Aanwijzend voornaamwoord: Die heenronde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze heenronde
Wat rijmt er op heenronde
Buigings-e:
Mooi of mooie heenronde
Groot of grote heenronde
Half of halve heenronde
Grappig of grappige heenronde
Leeg of lege heenronde
leuk of leuke heenronde
Vet of vette heenronde
Snel of snelle heenronde
Wit of witte heenronde
Klein of kleine heenronde
Rood of rode heenronde
Dik of dikke heenronde
Oud of oude heenronde
Goed of goede heenronde
Wat rijmt er op heenronde
Elk of elke: Elke heenronde
Aanwijzend voornaamwoord: Die heenronde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze heenronde
Wat rijmt er op heenronde
Oefening van de dag