De of het immigratievraagstuk?

De immigratievraagstuk

Is het de of het immigratievraagstuk

In de Nederlandse taal gebruiken wij de immigratievraagstuk.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?

English: immigration
Deutsch: Einwanderung | Bekijk of het der of die Einwanderung is.
Français: immigration | Bekijk of het Le o La immigration is.

Jou of jouw: jouw immigratievraagstuk

Buigings-e:
Mooi of mooie immigratievraagstuk
Groot of grote immigratievraagstuk
Half of halve immigratievraagstuk
Grappig of grappige immigratievraagstuk
Leeg of lege immigratievraagstuk
leuk of leuke immigratievraagstuk
Vet of vette immigratievraagstuk
Snel of snelle immigratievraagstuk
Wit of witte immigratievraagstuk
Klein of kleine immigratievraagstuk
Rood of rode immigratievraagstuk
Dik of dikke immigratievraagstuk
Oud of oude immigratievraagstuk
Goed of goede immigratievraagstuk
Wat rijmt er op immigratievraagstuk

Elk of elke: Elke immigratievraagstuk
Aanwijzend voornaamwoord: Die immigratievraagstuk
Bezittelijk voornaamwoord: Onze immigratievraagstuk
Wat rijmt er op immigratievraagstuk

Oefening van de dag

Dagelijkse mail

De Nederlandse taal goed onder de knie krijgen? Oefen dan elke dag de lidwoorden. Wij sturen elke dag om 7.15 een e-mail met de link naar de oefening van de dag.

E-mail ontvangen

De of het memorie

Bekijk het spel

De muismat

Bekijk de muismat