De of het adressen?
Het adressen
Is het de of het adressen
In de Nederlandse taal gebruiken wij het adressen.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: addresses
Deutsch: Adressen | Bekijk of het der of die Adressen is.
Français: Adresses | Bekijk of het Le o La Adresses is.
Jou of jouw: jouw adressen
Buigings-e:
Mooi of mooie adressen
Groot of grote adressen
Half of halve adressen
Grappig of grappige adressen
Leeg of lege adressen
leuk of leuke adressen
Vet of vette adressen
Snel of snelle adressen
Wit of witte adressen
Klein of kleine adressen
Rood of rode adressen
Dik of dikke adressen
Oud of oude adressen
Goed of goede adressen
Wat rijmt er op adressen
Elk of elke: Elk adressen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat adressen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons adressen
Wat rijmt er op adressen
Buigings-e:
Mooi of mooie adressen
Groot of grote adressen
Half of halve adressen
Grappig of grappige adressen
Leeg of lege adressen
leuk of leuke adressen
Vet of vette adressen
Snel of snelle adressen
Wit of witte adressen
Klein of kleine adressen
Rood of rode adressen
Dik of dikke adressen
Oud of oude adressen
Goed of goede adressen
Wat rijmt er op adressen
Elk of elke: Elk adressen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat adressen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons adressen
Wat rijmt er op adressen
Oefening van de dag