De of het beroepsdeontologie?
De beroepsdeontologie
Is het de of het beroepsdeontologie
In de Nederlandse taal gebruiken wij de beroepsdeontologie.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: professional ethics
Jou of jouw: jouw beroepsdeontologie
Buigings-e:
Mooi of mooie beroepsdeontologie
Groot of grote beroepsdeontologie
Half of halve beroepsdeontologie
Grappig of grappige beroepsdeontologie
Leeg of lege beroepsdeontologie
leuk of leuke beroepsdeontologie
Vet of vette beroepsdeontologie
Snel of snelle beroepsdeontologie
Wit of witte beroepsdeontologie
Klein of kleine beroepsdeontologie
Rood of rode beroepsdeontologie
Dik of dikke beroepsdeontologie
Oud of oude beroepsdeontologie
Goed of goede beroepsdeontologie
Wat rijmt er op beroepsdeontologie
Elk of elke: Elke beroepsdeontologie
Aanwijzend voornaamwoord: Die beroepsdeontologie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze beroepsdeontologie
Wat rijmt er op beroepsdeontologie
Buigings-e:
Mooi of mooie beroepsdeontologie
Groot of grote beroepsdeontologie
Half of halve beroepsdeontologie
Grappig of grappige beroepsdeontologie
Leeg of lege beroepsdeontologie
leuk of leuke beroepsdeontologie
Vet of vette beroepsdeontologie
Snel of snelle beroepsdeontologie
Wit of witte beroepsdeontologie
Klein of kleine beroepsdeontologie
Rood of rode beroepsdeontologie
Dik of dikke beroepsdeontologie
Oud of oude beroepsdeontologie
Goed of goede beroepsdeontologie
Wat rijmt er op beroepsdeontologie
Elk of elke: Elke beroepsdeontologie
Aanwijzend voornaamwoord: Die beroepsdeontologie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze beroepsdeontologie
Wat rijmt er op beroepsdeontologie
Oefening van de dag