De of het bestandje?
Het bestandje
Is het de of het bestandje
In de Nederlandse taal gebruiken wij het bestandje.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: file
Deutsch: Datei | Bekijk of het der of die Datei is.
Français: un fichier | Bekijk of het Le o La un fichier is.
Jou of jouw: jouw bestandje
Buigings-e:
Mooi of mooie bestandje
Groot of grote bestandje
Half of halve bestandje
Grappig of grappige bestandje
Leeg of lege bestandje
leuk of leuke bestandje
Vet of vette bestandje
Snel of snelle bestandje
Wit of witte bestandje
Klein of kleine bestandje
Rood of rode bestandje
Dik of dikke bestandje
Oud of oude bestandje
Goed of goede bestandje
Wat rijmt er op bestandje
Elk of elke: Elk bestandje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat bestandje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons bestandje
Wat rijmt er op bestandje
Buigings-e:
Mooi of mooie bestandje
Groot of grote bestandje
Half of halve bestandje
Grappig of grappige bestandje
Leeg of lege bestandje
leuk of leuke bestandje
Vet of vette bestandje
Snel of snelle bestandje
Wit of witte bestandje
Klein of kleine bestandje
Rood of rode bestandje
Dik of dikke bestandje
Oud of oude bestandje
Goed of goede bestandje
Wat rijmt er op bestandje
Elk of elke: Elk bestandje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat bestandje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons bestandje
Wat rijmt er op bestandje
Oefening van de dag