De of het dialoogje?
Het dialoogje
Is het de of het dialoogje
In de Nederlandse taal gebruiken wij het dialoogje.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: dialog
Jou of jouw: jouw dialoogje
Buigings-e:
Mooi of mooie dialoogje
Groot of grote dialoogje
Half of halve dialoogje
Grappig of grappige dialoogje
Leeg of lege dialoogje
leuk of leuke dialoogje
Vet of vette dialoogje
Snel of snelle dialoogje
Wit of witte dialoogje
Klein of kleine dialoogje
Rood of rode dialoogje
Dik of dikke dialoogje
Oud of oude dialoogje
Goed of goede dialoogje
Wat rijmt er op dialoogje
Elk of elke: Elk dialoogje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat dialoogje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons dialoogje
Wat rijmt er op dialoogje
Buigings-e:
Mooi of mooie dialoogje
Groot of grote dialoogje
Half of halve dialoogje
Grappig of grappige dialoogje
Leeg of lege dialoogje
leuk of leuke dialoogje
Vet of vette dialoogje
Snel of snelle dialoogje
Wit of witte dialoogje
Klein of kleine dialoogje
Rood of rode dialoogje
Dik of dikke dialoogje
Oud of oude dialoogje
Goed of goede dialoogje
Wat rijmt er op dialoogje
Elk of elke: Elk dialoogje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat dialoogje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons dialoogje
Wat rijmt er op dialoogje
Oefening van de dag
