De of het disacharide?
De disacharide
Is het de of het disacharide
In de Nederlandse taal gebruiken wij de disacharide.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: disaccharide
Deutsch: Disaccharid | Bekijk of het der of die Disaccharid is.
Français: disaccharide | Bekijk of het Le o La disaccharide is.
Jou of jouw: jouw disacharide
Buigings-e:
Mooi of mooie disacharide
Groot of grote disacharide
Half of halve disacharide
Grappig of grappige disacharide
Leeg of lege disacharide
leuk of leuke disacharide
Vet of vette disacharide
Snel of snelle disacharide
Wit of witte disacharide
Klein of kleine disacharide
Rood of rode disacharide
Dik of dikke disacharide
Oud of oude disacharide
Goed of goede disacharide
Wat rijmt er op disacharide
Elk of elke: Elke disacharide
Aanwijzend voornaamwoord: Die disacharide
Bezittelijk voornaamwoord: Onze disacharide
Wat rijmt er op disacharide
Buigings-e:
Mooi of mooie disacharide
Groot of grote disacharide
Half of halve disacharide
Grappig of grappige disacharide
Leeg of lege disacharide
leuk of leuke disacharide
Vet of vette disacharide
Snel of snelle disacharide
Wit of witte disacharide
Klein of kleine disacharide
Rood of rode disacharide
Dik of dikke disacharide
Oud of oude disacharide
Goed of goede disacharide
Wat rijmt er op disacharide
Elk of elke: Elke disacharide
Aanwijzend voornaamwoord: Die disacharide
Bezittelijk voornaamwoord: Onze disacharide
Wat rijmt er op disacharide
Oefening van de dag