De of het eenpersoonsdeken?
Het eenpersoonsdeken
Is het de of het eenpersoonsdeken
In de Nederlandse taal gebruiken wij het eenpersoonsdeken.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: single blanket
Deutsch: Einzel Decke | Bekijk of het der of die Einzel Decke is.
Français: couverture unique | Bekijk of het Le o La couverture unique is.
Jou of jouw: jouw eenpersoonsdeken
Buigings-e:
Mooi of mooie eenpersoonsdeken
Groot of grote eenpersoonsdeken
Half of halve eenpersoonsdeken
Grappig of grappige eenpersoonsdeken
Leeg of lege eenpersoonsdeken
leuk of leuke eenpersoonsdeken
Vet of vette eenpersoonsdeken
Snel of snelle eenpersoonsdeken
Wit of witte eenpersoonsdeken
Klein of kleine eenpersoonsdeken
Rood of rode eenpersoonsdeken
Dik of dikke eenpersoonsdeken
Oud of oude eenpersoonsdeken
Goed of goede eenpersoonsdeken
Wat rijmt er op eenpersoonsdeken
Elk of elke: Elk eenpersoonsdeken
Aanwijzend voornaamwoord: Dat eenpersoonsdeken
Bezittelijk voornaamwoord: Ons eenpersoonsdeken
Wat rijmt er op eenpersoonsdeken
Buigings-e:
Mooi of mooie eenpersoonsdeken
Groot of grote eenpersoonsdeken
Half of halve eenpersoonsdeken
Grappig of grappige eenpersoonsdeken
Leeg of lege eenpersoonsdeken
leuk of leuke eenpersoonsdeken
Vet of vette eenpersoonsdeken
Snel of snelle eenpersoonsdeken
Wit of witte eenpersoonsdeken
Klein of kleine eenpersoonsdeken
Rood of rode eenpersoonsdeken
Dik of dikke eenpersoonsdeken
Oud of oude eenpersoonsdeken
Goed of goede eenpersoonsdeken
Wat rijmt er op eenpersoonsdeken
Elk of elke: Elk eenpersoonsdeken
Aanwijzend voornaamwoord: Dat eenpersoonsdeken
Bezittelijk voornaamwoord: Ons eenpersoonsdeken
Wat rijmt er op eenpersoonsdeken
Oefening van de dag
