De of het historicus?
De historicus
Is het de of het historicus
In de Nederlandse taal gebruiken wij de historicus.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
Historicus is mannelijk
English: historian
Deutsch: Historiker | Bekijk of het der of die Historiker is.
Français: Historien | Bekijk of het Le o La Historien is.
Jou of jouw: jouw historicus
Buigings-e:
Mooi of mooie historicus
Groot of grote historicus
Half of halve historicus
Grappig of grappige historicus
Leeg of lege historicus
leuk of leuke historicus
Vet of vette historicus
Snel of snelle historicus
Wit of witte historicus
Klein of kleine historicus
Rood of rode historicus
Dik of dikke historicus
Oud of oude historicus
Goed of goede historicus
Wat rijmt er op historicus
Elk of elke: Elke historicus
Aanwijzend voornaamwoord: Die historicus
Bezittelijk voornaamwoord: Onze historicus
Wat rijmt er op historicus
Buigings-e:
Mooi of mooie historicus
Groot of grote historicus
Half of halve historicus
Grappig of grappige historicus
Leeg of lege historicus
leuk of leuke historicus
Vet of vette historicus
Snel of snelle historicus
Wit of witte historicus
Klein of kleine historicus
Rood of rode historicus
Dik of dikke historicus
Oud of oude historicus
Goed of goede historicus
Wat rijmt er op historicus
Elk of elke: Elke historicus
Aanwijzend voornaamwoord: Die historicus
Bezittelijk voornaamwoord: Onze historicus
Wat rijmt er op historicus
Oefening van de dag