De of het informattie?
De informattie
Is het de of het informattie
In de Nederlandse taal gebruiken wij de informattie.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: forcast
Deutsch: Vorhersage | Bekijk of het der of die Vorhersage is.
Français: forcast | Bekijk of het Le o La forcast is.
Jou of jouw: jouw informattie
Buigings-e:
Mooi of mooie informattie
Groot of grote informattie
Half of halve informattie
Grappig of grappige informattie
Leeg of lege informattie
leuk of leuke informattie
Vet of vette informattie
Snel of snelle informattie
Wit of witte informattie
Klein of kleine informattie
Rood of rode informattie
Dik of dikke informattie
Oud of oude informattie
Goed of goede informattie
Wat rijmt er op informattie
Elk of elke: Elke informattie
Aanwijzend voornaamwoord: Die informattie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze informattie
Wat rijmt er op informattie
Buigings-e:
Mooi of mooie informattie
Groot of grote informattie
Half of halve informattie
Grappig of grappige informattie
Leeg of lege informattie
leuk of leuke informattie
Vet of vette informattie
Snel of snelle informattie
Wit of witte informattie
Klein of kleine informattie
Rood of rode informattie
Dik of dikke informattie
Oud of oude informattie
Goed of goede informattie
Wat rijmt er op informattie
Elk of elke: Elke informattie
Aanwijzend voornaamwoord: Die informattie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze informattie
Wat rijmt er op informattie
Oefening van de dag