De of het maandlimiet?
Het maandlimiet
Is het de of het maandlimiet
In de Nederlandse taal gebruiken wij het maandlimiet.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: monthly limit
Deutsch: Monatslimite | Bekijk of het der of die Monatslimite is.
Français: limite mensuelle | Bekijk of het Le o La limite mensuelle is.
Jou of jouw: jouw maandlimiet
Buigings-e:
Mooi of mooie maandlimiet
Groot of grote maandlimiet
Half of halve maandlimiet
Grappig of grappige maandlimiet
Leeg of lege maandlimiet
leuk of leuke maandlimiet
Vet of vette maandlimiet
Snel of snelle maandlimiet
Wit of witte maandlimiet
Klein of kleine maandlimiet
Rood of rode maandlimiet
Dik of dikke maandlimiet
Oud of oude maandlimiet
Goed of goede maandlimiet
Wat rijmt er op maandlimiet
Elk of elke: Elk maandlimiet
Aanwijzend voornaamwoord: Dat maandlimiet
Bezittelijk voornaamwoord: Ons maandlimiet
Wat rijmt er op maandlimiet
Buigings-e:
Mooi of mooie maandlimiet
Groot of grote maandlimiet
Half of halve maandlimiet
Grappig of grappige maandlimiet
Leeg of lege maandlimiet
leuk of leuke maandlimiet
Vet of vette maandlimiet
Snel of snelle maandlimiet
Wit of witte maandlimiet
Klein of kleine maandlimiet
Rood of rode maandlimiet
Dik of dikke maandlimiet
Oud of oude maandlimiet
Goed of goede maandlimiet
Wat rijmt er op maandlimiet
Elk of elke: Elk maandlimiet
Aanwijzend voornaamwoord: Dat maandlimiet
Bezittelijk voornaamwoord: Ons maandlimiet
Wat rijmt er op maandlimiet
Oefening van de dag