De of het omzetgroei?
De omzetgroei
Is het de of het omzetgroei
In de Nederlandse taal gebruiken wij de omzetgroei.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: revenue growth
Deutsch: Umsatzwachstum | Bekijk of het der of die Umsatzwachstum is.
Français: la croissance des revenus | Bekijk of het Le o La la croissance des revenus is.
Jou of jouw: jouw omzetgroei
Buigings-e:
Mooi of mooie omzetgroei
Groot of grote omzetgroei
Half of halve omzetgroei
Grappig of grappige omzetgroei
Leeg of lege omzetgroei
leuk of leuke omzetgroei
Vet of vette omzetgroei
Snel of snelle omzetgroei
Wit of witte omzetgroei
Klein of kleine omzetgroei
Rood of rode omzetgroei
Dik of dikke omzetgroei
Oud of oude omzetgroei
Goed of goede omzetgroei
Wat rijmt er op omzetgroei
Elk of elke: Elke omzetgroei
Aanwijzend voornaamwoord: Die omzetgroei
Bezittelijk voornaamwoord: Onze omzetgroei
Wat rijmt er op omzetgroei
Buigings-e:
Mooi of mooie omzetgroei
Groot of grote omzetgroei
Half of halve omzetgroei
Grappig of grappige omzetgroei
Leeg of lege omzetgroei
leuk of leuke omzetgroei
Vet of vette omzetgroei
Snel of snelle omzetgroei
Wit of witte omzetgroei
Klein of kleine omzetgroei
Rood of rode omzetgroei
Dik of dikke omzetgroei
Oud of oude omzetgroei
Goed of goede omzetgroei
Wat rijmt er op omzetgroei
Elk of elke: Elke omzetgroei
Aanwijzend voornaamwoord: Die omzetgroei
Bezittelijk voornaamwoord: Onze omzetgroei
Wat rijmt er op omzetgroei
Oefening van de dag
