De of het oordelen?
Het oordelen
Is het de of het oordelen
In de Nederlandse taal gebruiken wij het oordelen.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: judge
Deutsch: beurteilen | Bekijk of het der of die beurteilen is.
Français: juger | Bekijk of het Le o La juger is.
Jou of jouw: jouw oordelen
Buigings-e:
Mooi of mooie oordelen
Groot of grote oordelen
Half of halve oordelen
Grappig of grappige oordelen
Leeg of lege oordelen
leuk of leuke oordelen
Vet of vette oordelen
Snel of snelle oordelen
Wit of witte oordelen
Klein of kleine oordelen
Rood of rode oordelen
Dik of dikke oordelen
Oud of oude oordelen
Goed of goede oordelen
Wat rijmt er op oordelen
Elk of elke: Elk oordelen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat oordelen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons oordelen
Wat rijmt er op oordelen
veroordelen -
Buigings-e:
Mooi of mooie oordelen
Groot of grote oordelen
Half of halve oordelen
Grappig of grappige oordelen
Leeg of lege oordelen
leuk of leuke oordelen
Vet of vette oordelen
Snel of snelle oordelen
Wit of witte oordelen
Klein of kleine oordelen
Rood of rode oordelen
Dik of dikke oordelen
Oud of oude oordelen
Goed of goede oordelen
Wat rijmt er op oordelen
Elk of elke: Elk oordelen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat oordelen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons oordelen
Wat rijmt er op oordelen
veroordelen -
Oefening van de dag