De of het oppervlakchemie?
De oppervlakchemie
Is het de of het oppervlakchemie
In de Nederlandse taal gebruiken wij de oppervlakchemie.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: surface chemistry
Jou of jouw: jouw oppervlakchemie
Buigings-e:
Mooi of mooie oppervlakchemie
Groot of grote oppervlakchemie
Half of halve oppervlakchemie
Grappig of grappige oppervlakchemie
Leeg of lege oppervlakchemie
leuk of leuke oppervlakchemie
Vet of vette oppervlakchemie
Snel of snelle oppervlakchemie
Wit of witte oppervlakchemie
Klein of kleine oppervlakchemie
Rood of rode oppervlakchemie
Dik of dikke oppervlakchemie
Oud of oude oppervlakchemie
Goed of goede oppervlakchemie
Wat rijmt er op oppervlakchemie
Elk of elke: Elke oppervlakchemie
Aanwijzend voornaamwoord: Die oppervlakchemie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze oppervlakchemie
Wat rijmt er op oppervlakchemie
Buigings-e:
Mooi of mooie oppervlakchemie
Groot of grote oppervlakchemie
Half of halve oppervlakchemie
Grappig of grappige oppervlakchemie
Leeg of lege oppervlakchemie
leuk of leuke oppervlakchemie
Vet of vette oppervlakchemie
Snel of snelle oppervlakchemie
Wit of witte oppervlakchemie
Klein of kleine oppervlakchemie
Rood of rode oppervlakchemie
Dik of dikke oppervlakchemie
Oud of oude oppervlakchemie
Goed of goede oppervlakchemie
Wat rijmt er op oppervlakchemie
Elk of elke: Elke oppervlakchemie
Aanwijzend voornaamwoord: Die oppervlakchemie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze oppervlakchemie
Wat rijmt er op oppervlakchemie
Oefening van de dag