De of het regenkledij?
De regenkledij
Is het de of het regenkledij
In de Nederlandse taal gebruiken wij de regenkledij.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: rainwear
Deutsch: Regenbekleidung | Bekijk of het der of die Regenbekleidung is.
Français: vĂȘtements de pluie | Bekijk of het Le o La vĂȘtements de pluie is.
Jou of jouw: jouw regenkledij
Buigings-e:
Mooi of mooie regenkledij
Groot of grote regenkledij
Half of halve regenkledij
Grappig of grappige regenkledij
Leeg of lege regenkledij
leuk of leuke regenkledij
Vet of vette regenkledij
Snel of snelle regenkledij
Wit of witte regenkledij
Klein of kleine regenkledij
Rood of rode regenkledij
Dik of dikke regenkledij
Oud of oude regenkledij
Goed of goede regenkledij
Wat rijmt er op regenkledij
Elk of elke: Elke regenkledij
Aanwijzend voornaamwoord: Die regenkledij
Bezittelijk voornaamwoord: Onze regenkledij
Wat rijmt er op regenkledij
Buigings-e:
Mooi of mooie regenkledij
Groot of grote regenkledij
Half of halve regenkledij
Grappig of grappige regenkledij
Leeg of lege regenkledij
leuk of leuke regenkledij
Vet of vette regenkledij
Snel of snelle regenkledij
Wit of witte regenkledij
Klein of kleine regenkledij
Rood of rode regenkledij
Dik of dikke regenkledij
Oud of oude regenkledij
Goed of goede regenkledij
Wat rijmt er op regenkledij
Elk of elke: Elke regenkledij
Aanwijzend voornaamwoord: Die regenkledij
Bezittelijk voornaamwoord: Onze regenkledij
Wat rijmt er op regenkledij
Oefening van de dag