De of het snoepautomaat?
De snoepautomaat
Is het de of het snoepautomaat
In de Nederlandse taal gebruiken wij de snoepautomaat.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: candy machine
Deutsch: Zuckerwattemaschine | Bekijk of het der of die Zuckerwattemaschine is.
Français: machine à bonbons | Bekijk of het Le o La machine à bonbons is.
Jou of jouw: jouw snoepautomaat
Buigings-e:
Mooi of mooie snoepautomaat
Groot of grote snoepautomaat
Half of halve snoepautomaat
Grappig of grappige snoepautomaat
Leeg of lege snoepautomaat
leuk of leuke snoepautomaat
Vet of vette snoepautomaat
Snel of snelle snoepautomaat
Wit of witte snoepautomaat
Klein of kleine snoepautomaat
Rood of rode snoepautomaat
Dik of dikke snoepautomaat
Oud of oude snoepautomaat
Goed of goede snoepautomaat
Wat rijmt er op snoepautomaat
Elk of elke: Elke snoepautomaat
Aanwijzend voornaamwoord: Die snoepautomaat
Bezittelijk voornaamwoord: Onze snoepautomaat
Wat rijmt er op snoepautomaat
Buigings-e:
Mooi of mooie snoepautomaat
Groot of grote snoepautomaat
Half of halve snoepautomaat
Grappig of grappige snoepautomaat
Leeg of lege snoepautomaat
leuk of leuke snoepautomaat
Vet of vette snoepautomaat
Snel of snelle snoepautomaat
Wit of witte snoepautomaat
Klein of kleine snoepautomaat
Rood of rode snoepautomaat
Dik of dikke snoepautomaat
Oud of oude snoepautomaat
Goed of goede snoepautomaat
Wat rijmt er op snoepautomaat
Elk of elke: Elke snoepautomaat
Aanwijzend voornaamwoord: Die snoepautomaat
Bezittelijk voornaamwoord: Onze snoepautomaat
Wat rijmt er op snoepautomaat
Oefening van de dag