De of het spreekgestoelte?
Het spreekgestoelte
Is het de of het spreekgestoelte
In de Nederlandse taal gebruiken wij het spreekgestoelte.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: tribune
Deutsch: Tribun | Bekijk of het der of die Tribun is.
Français: tribune | Bekijk of het Le o La tribune is.
Jou of jouw: jouw spreekgestoelte
Buigings-e:
Mooi of mooie spreekgestoelte
Groot of grote spreekgestoelte
Half of halve spreekgestoelte
Grappig of grappige spreekgestoelte
Leeg of lege spreekgestoelte
leuk of leuke spreekgestoelte
Vet of vette spreekgestoelte
Snel of snelle spreekgestoelte
Wit of witte spreekgestoelte
Klein of kleine spreekgestoelte
Rood of rode spreekgestoelte
Dik of dikke spreekgestoelte
Oud of oude spreekgestoelte
Goed of goede spreekgestoelte
Wat rijmt er op spreekgestoelte
Elk of elke: Elk spreekgestoelte
Aanwijzend voornaamwoord: Dat spreekgestoelte
Bezittelijk voornaamwoord: Ons spreekgestoelte
Wat rijmt er op spreekgestoelte
Buigings-e:
Mooi of mooie spreekgestoelte
Groot of grote spreekgestoelte
Half of halve spreekgestoelte
Grappig of grappige spreekgestoelte
Leeg of lege spreekgestoelte
leuk of leuke spreekgestoelte
Vet of vette spreekgestoelte
Snel of snelle spreekgestoelte
Wit of witte spreekgestoelte
Klein of kleine spreekgestoelte
Rood of rode spreekgestoelte
Dik of dikke spreekgestoelte
Oud of oude spreekgestoelte
Goed of goede spreekgestoelte
Wat rijmt er op spreekgestoelte
Elk of elke: Elk spreekgestoelte
Aanwijzend voornaamwoord: Dat spreekgestoelte
Bezittelijk voornaamwoord: Ons spreekgestoelte
Wat rijmt er op spreekgestoelte
Oefening van de dag