De of het stageplek?
De stageplek
Is het de of het stageplek
In de Nederlandse taal gebruiken wij de stageplek.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: internship
Deutsch: Praktikum | Bekijk of het der of die Praktikum is.
Français: internat | Bekijk of het Le o La internat is.
Jou of jouw: jouw stageplek
Buigings-e:
Mooi of mooie stageplek
Groot of grote stageplek
Half of halve stageplek
Grappig of grappige stageplek
Leeg of lege stageplek
leuk of leuke stageplek
Vet of vette stageplek
Snel of snelle stageplek
Wit of witte stageplek
Klein of kleine stageplek
Rood of rode stageplek
Dik of dikke stageplek
Oud of oude stageplek
Goed of goede stageplek
Wat rijmt er op stageplek
Elk of elke: Elke stageplek
Aanwijzend voornaamwoord: Die stageplek
Bezittelijk voornaamwoord: Onze stageplek
Wat rijmt er op stageplek
Buigings-e:
Mooi of mooie stageplek
Groot of grote stageplek
Half of halve stageplek
Grappig of grappige stageplek
Leeg of lege stageplek
leuk of leuke stageplek
Vet of vette stageplek
Snel of snelle stageplek
Wit of witte stageplek
Klein of kleine stageplek
Rood of rode stageplek
Dik of dikke stageplek
Oud of oude stageplek
Goed of goede stageplek
Wat rijmt er op stageplek
Elk of elke: Elke stageplek
Aanwijzend voornaamwoord: Die stageplek
Bezittelijk voornaamwoord: Onze stageplek
Wat rijmt er op stageplek
Oefening van de dag