De of het terreinvaardigheid?
De terreinvaardigheid
Is het de of het terreinvaardigheid
In de Nederlandse taal gebruiken wij de terreinvaardigheid.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: road mobility
Deutsch: Mobilität im Straßenverkehr | Bekijk of het der of die Mobilität im Straßenverkehr is.
Français: mobilité routière | Bekijk of het Le o La mobilité routière is.
Jou of jouw: jouw terreinvaardigheid
Buigings-e:
Mooi of mooie terreinvaardigheid
Groot of grote terreinvaardigheid
Half of halve terreinvaardigheid
Grappig of grappige terreinvaardigheid
Leeg of lege terreinvaardigheid
leuk of leuke terreinvaardigheid
Vet of vette terreinvaardigheid
Snel of snelle terreinvaardigheid
Wit of witte terreinvaardigheid
Klein of kleine terreinvaardigheid
Rood of rode terreinvaardigheid
Dik of dikke terreinvaardigheid
Oud of oude terreinvaardigheid
Goed of goede terreinvaardigheid
Wat rijmt er op terreinvaardigheid
Elk of elke: Elke terreinvaardigheid
Aanwijzend voornaamwoord: Die terreinvaardigheid
Bezittelijk voornaamwoord: Onze terreinvaardigheid
Wat rijmt er op terreinvaardigheid
Buigings-e:
Mooi of mooie terreinvaardigheid
Groot of grote terreinvaardigheid
Half of halve terreinvaardigheid
Grappig of grappige terreinvaardigheid
Leeg of lege terreinvaardigheid
leuk of leuke terreinvaardigheid
Vet of vette terreinvaardigheid
Snel of snelle terreinvaardigheid
Wit of witte terreinvaardigheid
Klein of kleine terreinvaardigheid
Rood of rode terreinvaardigheid
Dik of dikke terreinvaardigheid
Oud of oude terreinvaardigheid
Goed of goede terreinvaardigheid
Wat rijmt er op terreinvaardigheid
Elk of elke: Elke terreinvaardigheid
Aanwijzend voornaamwoord: Die terreinvaardigheid
Bezittelijk voornaamwoord: Onze terreinvaardigheid
Wat rijmt er op terreinvaardigheid
Oefening van de dag