De of het verjaardagscadeautje?
Het verjaardagscadeautje
Is het de of het verjaardagscadeautje
In de Nederlandse taal gebruiken wij het verjaardagscadeautje.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: birthday present
Jou of jouw: jouw verjaardagscadeautje
Buigings-e:
Mooi of mooie verjaardagscadeautje
Groot of grote verjaardagscadeautje
Half of halve verjaardagscadeautje
Grappig of grappige verjaardagscadeautje
Leeg of lege verjaardagscadeautje
leuk of leuke verjaardagscadeautje
Vet of vette verjaardagscadeautje
Snel of snelle verjaardagscadeautje
Wit of witte verjaardagscadeautje
Klein of kleine verjaardagscadeautje
Rood of rode verjaardagscadeautje
Dik of dikke verjaardagscadeautje
Oud of oude verjaardagscadeautje
Goed of goede verjaardagscadeautje
Wat rijmt er op verjaardagscadeautje
Elk of elke: Elk verjaardagscadeautje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat verjaardagscadeautje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons verjaardagscadeautje
Wat rijmt er op verjaardagscadeautje
Buigings-e:
Mooi of mooie verjaardagscadeautje
Groot of grote verjaardagscadeautje
Half of halve verjaardagscadeautje
Grappig of grappige verjaardagscadeautje
Leeg of lege verjaardagscadeautje
leuk of leuke verjaardagscadeautje
Vet of vette verjaardagscadeautje
Snel of snelle verjaardagscadeautje
Wit of witte verjaardagscadeautje
Klein of kleine verjaardagscadeautje
Rood of rode verjaardagscadeautje
Dik of dikke verjaardagscadeautje
Oud of oude verjaardagscadeautje
Goed of goede verjaardagscadeautje
Wat rijmt er op verjaardagscadeautje
Elk of elke: Elk verjaardagscadeautje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat verjaardagscadeautje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons verjaardagscadeautje
Wat rijmt er op verjaardagscadeautje
Oefening van de dag