De of het vertrouweling?
De vertrouweling
Is het de of het vertrouweling
In de Nederlandse taal gebruiken wij de vertrouweling.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: confidant
Deutsch: Vertraute | Bekijk of het der of die Vertraute is.
Français: confident | Bekijk of het Le o La confident is.
Jou of jouw: jouw vertrouweling
Buigings-e:
Mooi of mooie vertrouweling
Groot of grote vertrouweling
Half of halve vertrouweling
Grappig of grappige vertrouweling
Leeg of lege vertrouweling
leuk of leuke vertrouweling
Vet of vette vertrouweling
Snel of snelle vertrouweling
Wit of witte vertrouweling
Klein of kleine vertrouweling
Rood of rode vertrouweling
Dik of dikke vertrouweling
Oud of oude vertrouweling
Goed of goede vertrouweling
Wat rijmt er op vertrouweling
Elk of elke: Elke vertrouweling
Aanwijzend voornaamwoord: Die vertrouweling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze vertrouweling
Wat rijmt er op vertrouweling
Buigings-e:
Mooi of mooie vertrouweling
Groot of grote vertrouweling
Half of halve vertrouweling
Grappig of grappige vertrouweling
Leeg of lege vertrouweling
leuk of leuke vertrouweling
Vet of vette vertrouweling
Snel of snelle vertrouweling
Wit of witte vertrouweling
Klein of kleine vertrouweling
Rood of rode vertrouweling
Dik of dikke vertrouweling
Oud of oude vertrouweling
Goed of goede vertrouweling
Wat rijmt er op vertrouweling
Elk of elke: Elke vertrouweling
Aanwijzend voornaamwoord: Die vertrouweling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze vertrouweling
Wat rijmt er op vertrouweling
Oefening van de dag