De of het voorgerecht?
Het voorgerecht
Is het de of het voorgerecht
In de Nederlandse taal gebruiken wij het voorgerecht.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: entree
Deutsch: Hauptgericht | Bekijk of het der of die Hauptgericht is.
Français: entrée | Bekijk of het Le o La entrée is.
Jou of jouw: jouw voorgerecht
Buigings-e:
Mooi of mooie voorgerecht
Groot of grote voorgerecht
Half of halve voorgerecht
Grappig of grappige voorgerecht
Leeg of lege voorgerecht
leuk of leuke voorgerecht
Vet of vette voorgerecht
Snel of snelle voorgerecht
Wit of witte voorgerecht
Klein of kleine voorgerecht
Rood of rode voorgerecht
Dik of dikke voorgerecht
Oud of oude voorgerecht
Goed of goede voorgerecht
Wat rijmt er op voorgerecht
Elk of elke: Elk voorgerecht
Aanwijzend voornaamwoord: Dat voorgerecht
Bezittelijk voornaamwoord: Ons voorgerecht
Wat rijmt er op voorgerecht
Buigings-e:
Mooi of mooie voorgerecht
Groot of grote voorgerecht
Half of halve voorgerecht
Grappig of grappige voorgerecht
Leeg of lege voorgerecht
leuk of leuke voorgerecht
Vet of vette voorgerecht
Snel of snelle voorgerecht
Wit of witte voorgerecht
Klein of kleine voorgerecht
Rood of rode voorgerecht
Dik of dikke voorgerecht
Oud of oude voorgerecht
Goed of goede voorgerecht
Wat rijmt er op voorgerecht
Elk of elke: Elk voorgerecht
Aanwijzend voornaamwoord: Dat voorgerecht
Bezittelijk voornaamwoord: Ons voorgerecht
Wat rijmt er op voorgerecht
Oefening van de dag