De of het wereldbewolking?
De wereldbewolking
Is het de of het wereldbewolking
In de Nederlandse taal gebruiken wij de wereldbewolking.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: World overcast
Jou of jouw: jouw wereldbewolking
Buigings-e:
Mooi of mooie wereldbewolking
Groot of grote wereldbewolking
Half of halve wereldbewolking
Grappig of grappige wereldbewolking
Leeg of lege wereldbewolking
leuk of leuke wereldbewolking
Vet of vette wereldbewolking
Snel of snelle wereldbewolking
Wit of witte wereldbewolking
Klein of kleine wereldbewolking
Rood of rode wereldbewolking
Dik of dikke wereldbewolking
Oud of oude wereldbewolking
Goed of goede wereldbewolking
Wat rijmt er op wereldbewolking
Elk of elke: Elke wereldbewolking
Aanwijzend voornaamwoord: Die wereldbewolking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze wereldbewolking
Wat rijmt er op wereldbewolking
Buigings-e:
Mooi of mooie wereldbewolking
Groot of grote wereldbewolking
Half of halve wereldbewolking
Grappig of grappige wereldbewolking
Leeg of lege wereldbewolking
leuk of leuke wereldbewolking
Vet of vette wereldbewolking
Snel of snelle wereldbewolking
Wit of witte wereldbewolking
Klein of kleine wereldbewolking
Rood of rode wereldbewolking
Dik of dikke wereldbewolking
Oud of oude wereldbewolking
Goed of goede wereldbewolking
Wat rijmt er op wereldbewolking
Elk of elke: Elke wereldbewolking
Aanwijzend voornaamwoord: Die wereldbewolking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze wereldbewolking
Wat rijmt er op wereldbewolking
Oefening van de dag